Welkom op mijn weblog waar kind en opvoeder centraal staan. Hier vind je informatie en tips op het gebied van opvoeding en kinderopvang, verhalen en informatie over de dagelijkse praktijk van de pedagogisch medewerker, nieuwtjes, grappige kinderuitspraken en anekdotes en heel veel beeldmateriaal van activiteiten en uitstapjes. Op deze manier probeer ik mijn beroep in beeld te brengen, andere opvoeders te inspireren en zelf actief bezig te zijn met mijn passie voor pedagogiek. Zelf ben ik vakvolwassen pedagogisch medewerker op de BSO. Veel lees- en kijkplezier en laat gerust een berichtje achter!


- Wendy Hoogeveen


vrijdag 28 januari 2011

Een eigen huis...

Tijdens onze Berlijn-stage hebben we ontzettend veel leuke ideeën opgedaan. Eén ervan was het bouwen van een heus huis van lege eierdozen en melk-/sappakken. Deze materialen hadden de ouders en pm'ers verzameld en de kinderen hebben ze met plaksel aan elkaar vast gemaakt. Om het huis er mooi uit te laten zien, hebben ze het geheel beplakt met stukken cadeaupapier. Zo werd het een soort fraai gekleurd papier-maché-huis. Het zit heel stevig in elkaar en de kinderen spelen er graag in.

Kosteloze huisjes in Berlijn
Bij kdv Kiekeboe in Maastricht vonden ze dit idee zo leuk dat ze er zelf mee aan de slag gegaan zijn. Het schiet al aardig op zo te zien! Ik ben erg benieuwd naar het eindresultaat.

Het kosteloze Kiekeboe-huis in aanbouw

donderdag 27 januari 2011

VIB in het pedagogisch ontwikkeltraject

We communiceren wat af met elkaar. Deels bewust maar voor een groot deel ook onbewust. Met je lichaam geef je voortdurend allerlei signalen af, door je houding, je mimiek, de manier waarop je beweegt. En dan heb je nog niet eens je mond open gedaan! Denk eens aan je stem; de intonatie, het volume, stemgeluid. Door je van al deze dingen bewust te worden, kun je ook bewuster communiceren. Dit is een belangrijk inzicht uit de P.O.T. training die ik volg met mijn team. Met behulp van Video Interactie Begeleiding nemen we onze eigen manier van communiceren onder de loep.


Komt er iemand op je vingers kijken
De eerste keer was wel spannend hoor. Er loopt iemand rond op de groep met een camera die precies volgt wat jij en de kinderen doen en hoe de één op de ander reageert. En naderhand ga je de beelden terug kijken. Hoe confronterend zal dat zijn? Viel allemaal reuze mee! Ik had eerlijk gezegd niet eens in de gaten dat de VIB’er er was omdat ze heel onopvallend te werk ging en ik gewoon met mijn werk bezig was. Doordat de kinderen waren voorbereid op de komst van de VIB’er, besteedden zij ook niet al te veel aandacht aan de camera. Al blijven sommige kinderen zoiets natuurlijk machtig interessant vinden.



Een beeld zegt meer dan duizend woorden
Het terugkijken was ontzettend leuk en verhelderend. In de eerste bijeenkomst richtten we ons vooral op de contactinitiatieven van kinderen: hoe wij deze ontvangen, verbaal en non-verbaal, en hoe het kind of de groep hierop reageert. Ook keken we naar hoe kinderen gebruik maken van de ruimte. Hieruit bleek bijvoorbeeld dat er veel behoefte is aan grofmotorische activiteit (vooral onder de jongens tussen 4 en 8 jaar) maar dat er binnen geen mogelijkheid toe wordt geboden. De pm’ers wijzen de kinderen er voortdurend op dat er niet gerend en geschreeuwd mag worden, dat kinderen van elkaar af moeten blijven. Eigenlijk proberen ze hiermee een belangrijke behoefte te onderdrukken of om het nog wat dramatischer te stellen: een ontwikkelingstaak van een kind te belemmeren. In een sector waarin het kind centraal staat, kan dat natuurlijk niet de bedoeling zijn.

Hier kunnen we iets mee!
Het leuke aan de training is dat het zo naadloos aansluit op de praktijk en dat je meteen met nieuwe inzichten aan de slag kunt. Met behulp van de pedagogische doelen, de ontwikkelingsgebieden uit het spinmodel en de communicatiecirkel kun je bovendien elke stap verantwoorden. Doordat de nadruk bij het terugkijken ligt op succesvolle interactie-momenten leer je deze herkennen en uitbouwen. Het is fijn dat de VIB’er ervan uitgaat dat de pm’er al over veel kennis en vaardigheden beschikt. We hoeven in principe weinig nieuws te leren en geen dikke boeken te bestuderen, maar leren door kijken en luisteren hoe we meer en beter gebruik kunnen maken van wat we al weten en kunnen. En wat ook niet onbelangrijk is: het hoeft niet tot grote, ingrijpende veranderingen te leiden. Kleine aanpassingen kunnen grote effecten hebben zoals oogcontact maken en toewenden, positief formuleren van afspraken, voorbereiden of inspelen op alles wat anders is dan normaal, sensitief reageren, structuur bieden of de groep betrekken bij een contactinitiatief van een individueel kind. Tot nu toe vind ik de VIB een zinvol instrument waarmee je in weinig tijd veel kunt bereiken en waarin je heel actief betrokken wordt. Uiteindelijk ben je als pm’er zelf je belangrijkste instrument.

zondag 23 januari 2011

How2talk2kids

Soms vind ik zulke leuke of interessante dingen (spelmateriaal, activiteiten en heel veel boeken) dat ik het jammer vind dat ik zelf (nog) geen kind heb. Wanneer een vreemde me vraagt of ik kinderen heb, antwoord ik vaak “ja, een stuk of tachtig”, want zo voelt het toch een beetje. Het zijn wel niet echt mijn kinderen maar het zijn stuk voor stuk wezentjes waar ik me verantwoordelijk voor voel en een bepaalde band mee heb. Zelfs al zie ik sommigen maar een paar uurtjes per week. Ze vormen een belangrijk onderdeel van mijn dagelijks leven. Een prima excuus voor al die leuke en boeiende dingetjes, toch?

Een andere manier van communiceren met kinderen
Voorbeeldje: het boek ‘how2talk2kids’ van Adele Faber en Elaine Mazlish. Een praktische handleiding voor effectief en respectvol communiceren met kinderen. De methode is ontstaan in de jaren ’70 en gebaseerd op de theorieën van klinisch psycholoog Haim Ginott. Hij benoemt een aantal vaardigheden voor opvoeders die ervoor kunnen zorgen dat het kind meer verantwoordelijkheid neemt voor zijn gedrag en leert om zelf oplossingen te bedenken.
 
  • Ontken of negeer de gevoelens van een kind nooit.
  • Alleen het gedrag wordt gezien als onacceptabel, niet het kind zelf.
  • Depersonaliseer negatieve interactie door alleen het probleem te benoemen (“ik zie een rommelige kamer”) in plaats van te (ver)oordelen.
  • Verbind regels aan dingen (“andere kinderen zijn niet om te slaan”).
  • Afhankelijkheid is een voedingsbodem voor vijandigheid, laat kinderen zelf doen wat ze zelf kunnen.
  • Kinderen moeten leren kiezen, in eerste instantie uit beperkte opties (“wil je vandaag je rode of je blauwe trui aan?”).
  • Beperk kritiek tot een specifieke gebeurtenis en gebruik geen woorden als ‘nooit’ of ‘altijd’ (“je luistert nooit” of  “je knoeit altijd”).
  • Gebruik geen woorden waarvan je niet wilt dat je kind ze herhaalt.
  • Wanneer je houding vijandig is, zullen de door jou genoemde feiten niet overtuigend zijn voor het kind.
  
Dr. Haim Ginott (1922-1973)
Meer zelfvertrouwen en een positiever zelfbeeld
Ginott was naast psycholoog ook kindertherapeut en coach van oudergroepen. Hij leerde opvoeders om kritiek te geven zonder gemeen te worden, om te prijzen zonder een oordeel uit te spreken, om boos te worden zonder te kwetsen en om gevoelens te erkennen zonder die te beoordelen. Hij leerde volwassenen zo te reageren dat kinderen vrijwel automatisch meer op zichzelf gaan vertrouwen, waardoor ze een positief zelfbeeld ontwikkelen.

In dit boek staan elementen die doen denken aan de Solter-methode en ook de ik-boodschap van Gordon komt om ’t hoekje kijken. How2talk2kids werkt zonder straffen-belonen of time-outs. Het biedt alternatieven voor straf waardoor het kind leert dat bepaald gedrag bepaalde consequenties heeft. Belonen wordt vervangen door waarderen, belangstelling tonen en stimuleren. Er wordt veel belang gehecht aan duidelijke, veilige grenzen waarbinnen het kind autonomie en keuze heeft. En de opvoeder leert democratisch te zijn zonder toegeeflijk te worden.

Dankzij How2talk2kids leren ouders en opvoeders te communiceren op een andere manier, waardoor de relatie met het kind in positieve zin verandert. Ouders en opvoeders kunnen beter omgaan met negatieve gevoelens (woede, frustratie) van hun kind. Ze stellen grenzen en er is discipline, terwijl de relatie met het kind goed blijft en zich zelfs verdiept. Het kind neemt verantwoordelijkheid voor zijn gedrag en draagt zelf oplossingen aan. Hierdoor krijgt het kind meer zelfvertrouwen en een positiever zelfbeeld. Ouders ervaren een prettige verandering als ze de vaardigheden toepassen; het kind voelt zich begrepen.

Gekibbel en gesteggel 
Heleen de Hertog (moeder van 4 kinderen) is verantwoordelijk voor de Nederlandse versie van het boek. Deze maand is een nieuw how2talk2kids-boek verschenen: ‘broers en zussen zonder rivaliteit’. Heleen over how2talk2kids:

“Wat ouders nog kunnen leren? Ze kiezen vaak onbewust een kant. Als Thomas zijn kamer heeft opgeruimd, zeggen zijn ouders bijvoorbeeld: kijk eens Bente, hoe goed Thomas heeft opgeruimd. Ze denken dat ze Thomas complimenteren en Bente aansporen ook op te ruimen. In werkelijkheid benadrukken ze de rivaliteit tussen de kinderen. Voor kinderen lijkt het of ouders partij kiezen. De kern van de theorie is dat je niet zegt: stop met ruzie maken, maar dat je het probleem uitlegt, de gevoelens benoemt en de kinderen samen een oplossing laat bedenken. Als dat lukt hebben ze allebei een goed gevoel.”

zondag 16 januari 2011

Zelfregulering kinderopvang moet beter

Belangenvereniging van Ouders in de Kinderopvang BOinK vindt dat er aan de zelfregulering in de kinderopvang een einde moet komen. Er moet meer controle komen. 'Niet alleen kindermisbruik maar ook kindermishandeling wordt vaak niet gesignaleerd' zegt BOinK op haar website. Als voorbeeld noemt BOinK een incident bij de Haagse kinderopvangorganisatie Dak dat in de doofpot verdween, maar een jaar later toch nog aan het licht kwam.
Het gaat om een peuterleidster die kinderen sloeg. Directeur van Kinderopvang Dak Kindercentra Willeke Briedé zegt dat het om een 'pedagogische tik' ging en dat de pm'er in kwestie inderdaad niet volgens het pedagogisch plan handelde. Inmiddels heeft Dak een gesprek met de moeder gehad over het incident en haar excuses aangeboden dat er niet meteen melding is gemaakt van het incident.
BOinK-voorzitter Gjalt Jellesma gaf in de studio commentaar op dit incident. Volgens hem is er in de kinderopvang sprake van verkeerde collegialiteit. 'Als je iets ziet, dan moet je op dat moment aan de bel trekken. Als kinderopvangmedewerker heb je een verplichting om elkaar hierop aan te spreken in het belang van de kinderen. Niet dat dat eenvoudig is, maar het moet wel gebeuren.' Jellesma vindt het niet verstandig dat goede kinderopvangorganisaties straks nog maar één keer in de twee jaar worden gecontroleerd. 'Je moet een kinderopvangorganisatie minstens ieder jaar bekijken. Als het personeel veranderd is, is de kwaliteit namelijk niet meer gegarandeerd.'
Bron: kinderopvangtotaal.nl, BOinK

donderdag 13 januari 2011

Het moet niet gekker worden

Nog even over de time-out. In Amerika ('land of the free') is dit namelijk zo populair dat er een heel breed scala aan time-out producten op de markt gebracht is. Ik kon mijn ogen niet geloven...

 Zo zijn er allerlei matjes...

 ...en stoeltjes...


 
...en hele leuke stoeltjes (hier begrijp ik het dus even helemaal niet meer, waarom zou je een kind op een soort prachtige troon zetten als het een time-out krijgt?)...

  
...en krukjes met de tekst 'thinking spot' (moeten die de volwassene het gevoel geven dat het kind heus niet gestraft wordt en alleen maar hoeft na te denken?) en dan nog mooier: de naughty corner, een gezellig speelhoekje...

...en moderne snufjes zoals de naughtyclox, die voor het kind de tijd aangeeft die hij nog moet 'uitzitten' en door de volwassene op afstand bediend kan worden, zo kan bijvoorbeeld de tijdsduur aangepast worden en 'spreekt' het apparaat met een druk op de knop bepaalde boodschappen uit. De time-out pad heeft ook een timer en is gevoelig voor druk. Zodra het kind opstaat, 'zegt' de pad dat het kind nog niet op mocht staan en verlengt het automatisch de time-out. Ik heb zelfs een 'mobile naughty corner' gezien; een hypermodern, uitklapbaar hoekje dat je overal mee naartoe kunt nemen zodat je je kind overal apart kunt zetten. Als laatste voorbeeld de time-out teddybeer; een knuffelwekker die aangeeft wanneer de time-out voorbij is.

Ligt het aan mij of zijn ze nu een beetje aan het doordraven daar in het overzeese?

Time-out!

Elke pedagogisch medewerker zal beamen dat een tik, of die term nu aangevuld wordt met het ‘goedpratende’ woordje pedagogisch of niet, uit den boze is. Het is zelfs bij wet verboden om een kind een tik te geven. Toch zullen volgens velen kinderen op de een of andere manier gedisciplineerd moeten worden. Dat brengt ons op het onderwerp straffen.

Foei!
Straffen kan op allerlei manieren. We kunnen voor straf iets vervelends ‘toedienen’ zoals: een voor het kind vervelende taak of strafwerk, nablijven, een preek of standje. Ook kunnen we het kind voor straf iets plezierigs onthouden, zoals bijvoorbeeld een snoepje, zakgeld, liefdevolle aandacht, televisie kijken of computeren. En herinner je je Supernanny Jo Frost nog? Zij heeft de ‘time-out’ tot een populaire consequentie van ongewenst gedrag gemaakt.

Er zijn mensen die zweren bij het concept van de ‘naughty spot’. De effecten van het toepassen van deze maatregel worden in de media steevast als positief gelabeld. Het werkt! Wie zijn wij dan om er kwaad van te spreken? Na een nieuwe les over Aletha Solter ben ik ervan overtuigd dat we, opvoeders, weldegelijk iets hebben om over na te denken.

Is een time-out minder schadelijk dan het uitdelen van een tik?
Wat je doet als je een kind een time-out geeft, is hem afzonderen, hem liefde en aandacht onthouden, hem privileges ontzeggen. Hoewel hier geen fysiek of verbaal geweld bij komt kijken, is deze autoritaire manier om gehoorzaamheid aan te leren volgens veel opvoeders en psychologen emotioneel schadelijk voor het kind. Kinderen jonger dan zeven jaar hebben nog niet het vermogen om woorden te verwerken zoals volwassenen dat doen. Dus zelfs wanneer je zegt “ik keur je gedrag af maar ik hou wel van je” zal de ervaring van geïsoleerd en genegeerd worden veel meer impact hebben. De onthouding van liefde is voor een kind bijzonder beangstigend en zorgt op den duur voor onzekerheid, boosheid, wrok, weerstand, lage eigenwaarde en andere pijnlijke gevoelens. Daarnaast kan de time-out in gezelschap zorgen voor vernedering.

Wat zegt een time-out het kind over menselijke relaties?
Met een time-out verbreek je de communicatie met het kind tijdens een conflictsituatie. Welke boodschap zend je hiermee uit? Dat liefde en aandacht een soort handelswaren zijn die als machtsmiddel ingezet kunnen worden door ze te onthouden of uit te delen. Dat je conflicten oplost door weg te lopen, door niet meer te communiceren. Dat druist toch in tegen de sociale vaardigheden die we kinderen willen bijbrengen?

Wat zijn de gevolgen van een time-out?
  • Wanneer je een kind een time-out geeft als het raast en huilt, krijgt het de boodschap dat je het kind niet bij je wilt hebben als het van streek is. Het kind raakt ervan overtuigd dat er toch niet naar hem geluisterd wordt en zal al snel niet meer naar je toekomen met zijn problemen.
  • Uit onderzoek blijkt dat tranen stresshormonen afvoeren. Huilen is mede daarom een effectieve manier om spanning te ontladen en verdriet en frustratie te verminderen. Door de time-out leert het kind dat het beter is deze gevoelens te onderdrukken.
  • De time-out richt zich niet op de onderliggende oorzaak van ongewenst gedrag. Dit gedrag kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door een onvervulde behoefte of gebrek aan informatie om iets te begrijpen. Als je probeert het gedrag te veranderen zonder aandacht te schenken aan wat erachter zit, blijft het onderliggende probleem voor het kind bestaan en help je hem dus niet echt.

Alternatieven voor straf
Aletha Solter is een fel tegenstander van disciplineren met behulp van straf. Net zoals huilen ziet zij onacceptabel gedrag als een hulpvraag en het is aan ons om deze hulpvraag bloot te leggen. Ook stelt ze dat onacceptabel gedrag niet goedgekeurd moet worden maar dat emoties, zoals verdriet en boosheid, wel geuit mogen worden. Solter geeft 20 tips om het anders aan te pakken.

  1. Zoek naar onderliggende behoeften.
  2. Geef informatie en redenen.
  3. Zoek naar onderliggende gevoelens.
  4. Verander de omgeving.
  5. Zoek naar aanvaardbare alternatieven.
  6. Toon het kind hoe je wilt dat het zich gedraagt.
  7. Geef eerder keuzes dan bevelen.
  8. Doe kleine toevoegingen.
  9. Neem de tijd om dingen voor te bereiden.
  10. Laat de natuurlijke gevolgen van gedrag, mits gepast, gebeuren.
  11. Praat over je eigen gevoelens.
  12. Grijp in wanneer nodig.
  13. Houd het kind vast.
  14. Haal het kind uit de situatie maar blijf bij hem.
  15. Los het samen, spelenderwijs op.
  16. Maak de situatie onschadelijk met lachen.
  17. Onderhandel, maak afspraken.
  18. Doe aan wederzijdse conflicthantering.
  19. Herzie je verwachtingen.
  20. Neem een opvoeders time-out.
Nu wil ik niet zeggen dat je deze adviezen klakkeloos ter harte moet nemen. Wel vraag ik je na het lezen van dit stukje na te denken over je eigen standpunt ten aanzien van de time-out. En mocht je de time-out toepassen, stel jezelf dan in ieder geval de vraag voor wie je dit doet. Is het in het belang van het kind of is het jouw eigen behoefte om het kind even niet meer in je buurt te hebben?

Meer lezen? Kijk eens op de volgende websites: