Welkom op mijn weblog waar kind en opvoeder centraal staan. Hier vind je informatie en tips op het gebied van opvoeding en kinderopvang, verhalen en informatie over de dagelijkse praktijk van de pedagogisch medewerker, nieuwtjes, grappige kinderuitspraken en anekdotes en heel veel beeldmateriaal van activiteiten en uitstapjes. Op deze manier probeer ik mijn beroep in beeld te brengen, andere opvoeders te inspireren en zelf actief bezig te zijn met mijn passie voor pedagogiek. Zelf ben ik vakvolwassen pedagogisch medewerker op de BSO. Veel lees- en kijkplezier en laat gerust een berichtje achter!


- Wendy Hoogeveen


vrijdag 24 februari 2012

Quoting Kids

Een collega zei vandaag per ongeluk iets te hard
"volgens mij wordt het vandaag een héle lange dag", 
waarop een van de kleine wijsneuzen antwoordde:
"elke dag is even lang hoor".

maandag 20 februari 2012

Experimenteren met magneten

Ik durf te wedden dat er meer vrouwelijke pm'ers zijn die enigszins terughoudend tegenover technische activiteiten staan. Wat weten wij daar nou helemaal vanaf? Onze emancipatie houdt over het algemeen wel zo'n beetje op wanneer de oven het begeeft of de fietsband lek is. Tragisch maar waar.

Jammer, want kinderen vinden het nu juist zo leuk om te experimenteren. Vooral jongens vinden hierin een grote uitdaging. Denk je dat zij weten hoe alles werkt en in elkaar zit? Welnee! Maar dat is nu juist zo leuk: proberen, onderzoeken, ontdekken, leren. Misschien is het tijd dat wij vrouwen ons gewoon ook eens aan dit proces onderwerpen.

Ik heb het geprobeerd met een activiteit over magnetisme en het viel reuze mee. Het leukste was misschien nog wel dat ik volledig mee kon gaan in de ervaring van de kinderen. We begonnen allemaal blanco aan het project en ik merkte dat ik het heel fijn vond om het niet bij voorbaat allemaal (beter) te weten. Het feit dat ik er zogezegd onwetend aan begon, zorgde ervoor dat ik veel betere vragen kon stellen om de kinderen te stimuleren door te experimenteren. Steeds wanneer er iets verrassends gebeurde, vroegen we ons nieuwe dingen af en probeerden we nieuwe dingen uit.

Voor de activiteit heb ik gebruik gemaakt van Ein-O Magnetica; een techniekdoos rond het thema magnetisme met allerlei materialen en een boekje waarin opdrachten en achtergrondinformatie staan. Met deze doos als basis kun je de kinderen de activiteit gemakkelijk laten uitbouwen. Ze zijn vindingrijk genoeg. Zo vroegen ze zich af wat er in de omgeving allemaal magnetisch was, hoe sterk de magneten waren en of je iets dat aan een magneet blijft plakken ook zelf magnetisch kunt maken.

 

 

We zijn er een hele middag zoet mee geweest en de kinderen waren zó enthousiast dat we de volgende Ein-O-dozen al klaar hebben staan: optica en mechanica. Dat ik daar de ballen verstand van heb, baart me niet langer zorgen. Ik heb weer een stukje van het kind in mezelf teruggevonden en herontdekt hoe leuk het is om samen te ontdekken en leren. Vrouwen, staakt  het vrezen: a-technisch zijn heeft zo zijn voordelen.

zaterdag 18 februari 2012

Quoting Kids


K. van 10 merkt feilloos hoe ik worstel met het gedrag van twee kleuters. Nadat ze ons een tijdje geobserveerd heeft, zegt ze:
“Ik neem later echt geen jongens, strontvervelend!”

vrijdag 17 februari 2012

Bouwen aan vertrouwen


De ouders van de BSO zijn over het algemeen kritische productafnemers. Het gaat hier immers om hun kinderen en ze moeten er genoeg voor betalen. Het is dus van het grootste belang dat wij, professioneel medeopvoeders, steeds zo veel mogelijk aan de wensen en verwachtingen voldoen. Zeker in tijden van crisis. De klant is koning. U vraagt, wij draaien. Althans, daartoe doen wij ons stinkende best.

De pedagogisch medewerker is er in de eerste plaats voor het welbevinden van het kind en het is voor ons de grootste vanzelfsprekendheid dat dit belang voorop gesteld wordt. Tegenwoordig is het minstens zo belangrijk om te denken in het belang van de ouders. Er is sprake van recessie, baanverlies, we wonen in een krimpregio en vergeet de concurrentie niet. We moeten alle zeilen bijzetten om ervoor te zorgen dat ouders toch de keuze voor professionele en verantwoorde kinderopvang blijven maken.

Het gaat niet langer voornamelijk om het bieden van pedagogische kwaliteit maar om flexibiliteit en betaalbaarheid. Met de pedagogische kwaliteit zit het wel goed, zo blijkt uit de vele positieve reacties van ouders. Toch maken zij zich zorgen: zij willen zeker zijn van een opvangplaats en moeten financiële overwegingen maken.

Tijd om het eerste en meest cruciale opvoedingsdoel toe te passen op de ouders: het bieden van veiligheid en geborgenheid. Tijdens de overdrachtmomenten zijn we steeds vaker bezig het vertrouwen van ouders overeind te houden. De mening van een ontevreden klant verspreidt zich namelijk als een lopend vuurtje en dat is voor niemand leuk. Het is aan ons om open, welwillend en integer met deze vertrouwenskwestie om te gaan. Om in woord en daad uit te dragen: jullie kunnen op ons rekenen.

Heel fijn dat jullie die activiteit aangeboden hebben maar hoe zit het nu met mijn ruilaanvraag? En kan mijn kind een dagje extra komen in de vakantie? Kunnen jullie hem donderdag naar zwemles brengen? Is er volgende week een plekje in de taxi voor mijn kind? En klopt het dat die andere aanbieder een lagere uurprijs handhaaft?

Formulieren met handtekeningen, notities in roosters en rekenvoorbeelden zijn nodig om ouders gerust te stellen, maar wat moet dat moet. Pas als ouders zich gehoord en serieus genomen voelen in hun behoefte aan deze zekerheden, verschijnt er weer een glimlach en kunnen we het toch nog even over die activiteit hebben. Want natúúrlijk vinden zij het welbevinden van hun kind belangrijk en uit het feit dat ouders hier niet meteen over beginnen, spreekt eigenlijk al enorm veel vertrouwen.

woensdag 15 februari 2012

Of ik soms gek ben


Huiswerkuurtje met de acht-plussers. De jongens moeten sommen maken en omdat ze zich ergens anders niet kunnen concentreren mogen ze in ons kantoortje zitten. Ik wens hen succes en laat ze ploeteren. Als ik vijf minuten later door het raam spiek, zie ik dat het geploeter voornamelijk bestaat uit pennen ombuigen, gummetjes schieten en kladblaadjes veranderen in vliegtuigjes (of straaljagers, die fout bega ik niet nog eens).

Ik loop naar binnen om iets te kopieëren. “Zo rekenwonders, lukt het een beetje?” vraag ik. Zuchtend en steunend en met  heel moeilijke gezichten laten ze hun rekenbladen zien. “Kijk dan hoeveel we moeten doen!” zegt M. terwijl hij met zijn armen over elkaar onderuit zakt. “Het is gewoon kinderarbeid!” roept S. die het voorbeeld van M. volgt en ook moedeloos onderuit zakt. Ik lach en zeg dat ze het inderdaad heel zwaar moeten hebben. Dit wordt beaamd met een luid “JA!” in stereo.

“U heeft makkelijk praten, u hoeft geen huiswerk meer te maken” verzucht S. Daar maakt hij een inschattingsfout. “Toch wel” zeg ik “en ik durf te wedden dat je niet wilt ruilen.” Met een blik vol ongeloof staart hij me aan en ik verklaar dat ik op een school voor volwassenen zit, hier flink voor moet studeren en ook nog eens bakken vol huiswerk mee krijg.

S. fronst zijn wenkbrauwen in een grote denkrimpel en vraagt dan op uiterst serieuze toon of ik misschien gek ben. Vervolgens slaat de angst toe en vraagt hij voorzichtig of hij ook nog naar school moet als hij zo oud is als ik. “Nee hoor,” zeg ik “ik heb er zelf voor gekozen en volg nu alleen vakken die ik zelf leuk vind en huiswerk hoort daar nu eenmaal bij.” De jongens kijken elkaar aan en lijken stilzwijgend overeen te komen dat ik tóch gek ben.

S. besluit dat hij wel wil ruilen want hij is écht niet van plan om dat hele blad af te maken. Als ik al zijn sommen maak (wat een slecht idee is aangezien mijn rekenkundige vermogens aan discalculi grenzen) dan maakt hij mijn huiswerk. “Prima!” zeg ik en ik gris het rekenblad onder zijn neus vandaan. “En wat moet ik dan doen?” vraagt S. Ik maak een mooie opsomming van mijn lopende opdrachten. Een scriptie schrijven, een rollenspel voorbereiden, een intervisiebijeenkomst uitwerken, een eindpresentatie in elkaar zetten, een VIB-opdracht doen, een teamanalyse maken en een leidster ‘on the job’ coachen. S. knippert met zijn ogen. “Succes, moet over twee weken af zijn, graag zonder spelfouten!” roep ik lachend en dan maak ik me snel uit de voeten met zijn sommen.

Ik krijg twee protesterende knullen achter me aan en al snel heeft S. zijn rekenblad weer uit mijn hand gegrist. “Laat maar, ik doe het zelf wel!” zegt S. Ik vraag of hij het zeker weet, mijn opdrachten zijn immers veel leuker dan zijn saaie sommen. “Mijn aanbod staat nog steeds hoor” probeer ik nog eens. “Ja dag, ik ben niet gék!”.

dinsdag 14 februari 2012

Quoting Kids

Een meisje van vijf komt de klas uit gehuppeld met een groot roze hart. Als ik haar vraag voor wie die is, antwoordt ze:
"Ja duh, voor papa, het is toch vadertijnsdag!"

Zuipen is niet cool


Zomaar een dinsdagmiddag op de BSO. Vandaag werk ik op de acht-plusgroep. De pre-pubers druppelen langzaam binnen, eten en drinken iets en gaan dan hun eigen gang. Een groepje jongens van elf, twaalf jaar verzamelt zich rond de handwerktafel om straaljagers te vouwen. Ik observeer hen van een afstandje en luister naar hun gesprekken.

Het gaat over chickies, zuipen en spetterpoep. Er bekruipen me onmiddellijk allerlei gevoelens. Ergens is het wel grappig om deze slungelige knullen zo stoer te horen praten. Het is typerend voor jongens in deze leeftijd. Onbewust zijn ze bezig een pikorde te creëren en hun eigen positie in de groep af te tasten. Deze keer gaat het tijdens de krachtmeting niet om de sterkste man maar om het sterkste verhaal. Maar hoe ver laat ik hen hierin gaan?

Ik schuif aan bij de jongens, die inmiddels luidkeels een zelfverzonnen lied over spetterpoep zingen, en vraag of ze me even kunnen voordoen hoe je zo’n vet vliegtuig vouwt. Natuurlijk word ik direct uitgelachen. Ten eerste: het is een straaljager. Ten tweede: het is niet cool als ik mee-vouw want dan lijken zij net kleuters. Juist. My bad. Verder lijken ze zich niet aan mijn aanwezigheid te storen want de mannenconversatie wordt gewoon voortgezet. Ze zijn in ieder geval wel gestopt met zingen.

Ik maak me toch een beetje zorgen. Ik wil me graag mengen in hun gesprek maar ik moet met zoveel dingen rekening houden! Het moet wel ‘cool’ blijven want anders word ik meteen uit de groep verstoten en bereik ik nooit mijn doel. Ik moet aansluiten bij hun belevingswereld want als ik zonder enige vorm van begrip of inlevingsvermogen begin te preken, lig ik er ook uit. Maar ik wil ook een punt maken, hen laten nadenken. Én ik wil een grens trekken. Ergens moet ik dus een balans zien te vinden tussen ‘erbij horen’ en ‘er boven staan’. Pffff.

Een anekdote over een dronken vader blijkt de aanleiding te zijn voor het spetterpoeplied. De oudste jongen begint aan een nieuw verhaal. Hij was met zijn moeder op een feest en had daar zes sneeuwwitjes van haar gekregen. Vervolgens kreeg hij twee Breezers en uiteindelijk bracht zijn nicht hem nog een Flügel.

Mijn ogen vallen nog net niet uit de kassen. Ik vraag hem hoe hij zich daarna voelde. “Eerst wel goed, daarna had ik koppijn jongen! Haha!”. De andere jongens lachen mee. Even pijlen hoe zij hierover denken. Na enige aarzeling zegt één van de jongens dat hij het maar dom vindt. “van alcohol sterven je hersens af” voegt hij eraan toe. “Ja man van zuipen word je dom!” roept een tweede. Ze hebben gelijk en daar wijs ik hen op.

Net als ik denk dat ze het gesprek zelfstandig in de door mij gewenste richting sturen, begint een derde knul heel hard te lachen. “Zó dom dat je naast de wc poept. Zoals je vader!”. Het spetterpoeplied wordt weer aangeheven. De jongens proesten het uit.

En nu? Ik denk dat ze zelf dondersgoed weten dat het verkeerd is om op hun leeftijd alcohol te drinken. Ik denk ook dat het geen zin heeft om een moralistisch praatje te houden terwijl de jongens de slappe lach hebben. Ik denk dat ouders op dit gebied hun verantwoordelijkheid moeten nemen (regels stellen, het goede voorbeeld geven, praten over de effecten van alcohol). En ik denk dat ik hier meer mee moet. Zuipen is niet cool. Dit wordt de komende tijd even mijn projectje. Voor vandaag heb ik alvast een leuk filmpje voor de jongens uitgezocht (zie: Alcohol en de hersenen).

maandag 13 februari 2012

Quoting Kids

"Van suiker krijgt thee een vieze smaak als je het er niet in doet."
:'-)

zondag 12 februari 2012

Mooie uitspraken

Met een lezing van Marcel van Herpen in het vooruitzicht verdiep ik me alvast even in zijn website. Ik vond daar onder andere een hele lijst aan prachtige overwegingen. Een kleine greep hieruit:

"Wie de kleine niet eert, is als grote verkeerd."
 "Een etiket hoort op een verpakking, een kind is geen product."
"Als je de vlinder niet in de rups ziet en de vogel niet in het ei, wat zie je dan in een kind waar je last van hebt?"
"Als kinderen allemaal dezelfde kip moeten knippen, kunnen ze hun ei niet kwijt."
 "Als je morgen nog hetzelfde denkt, heb je niks geleerd."
"Alleen in theorie klopt de praktijk."