Welkom op mijn weblog waar kind en opvoeder centraal staan. Hier vind je informatie en tips op het gebied van opvoeding en kinderopvang, verhalen en informatie over de dagelijkse praktijk van de pedagogisch medewerker, nieuwtjes, grappige kinderuitspraken en anekdotes en heel veel beeldmateriaal van activiteiten en uitstapjes. Op deze manier probeer ik mijn beroep in beeld te brengen, andere opvoeders te inspireren en zelf actief bezig te zijn met mijn passie voor pedagogiek. Zelf ben ik vakvolwassen pedagogisch medewerker op de BSO. Veel lees- en kijkplezier en laat gerust een berichtje achter!


- Wendy Hoogeveen


donderdag 25 september 2008

maandag 22 september 2008

Meer lol met wol

Nooit gedacht dat ik nog eens een setje breipennen zou vasthouden. Ik wist niet eens dat ik het nog kon! Maar de kinderen vragen en ik draai. Insteken, omslaan, doorhalen, af laten glijden. Simpel toch? Wie weet verschijnt er deze winter een heuse BSO-sjaal-lijn...

dinsdag 16 september 2008

Herfstraam

Werken met natuurlijke materialen in het herfstseizoen:


De kinderen hebben takken gezocht om een herfstraam van te maken. In het raam hingen ze allerlei herfstige natuurproducten, zoals kastanjes, bladeren, herfstbloemen, eikels, helikoptertjes, etc. Een sfeervolle decoratie!

maandag 15 september 2008

dinsdag 12 augustus 2008

Bloemkolen!

In het moestuintje van de BSO zijn de bloemkolen klaar om geoogst te worden. Nu nog zien wie er bereid is de bloemkool te verorberen...

maandag 21 juli 2008

Bijdehandjes

D: "Kaas is altijd van koeienmelk gemaakt."
Ik: "Oh, en geitenkaas dan?"
D: "Oja. Van geitenmelk."

Ik: "Er bestaat ook schapenkaas."
D: "Van schapenmelk hè?"
Ik: "Inderdaad. En schimmelkaas, waar is dat van gemaakt denk je?"
D: "Eh, het paard van Sinterklaas z'n melk!"

zondag 13 juli 2008

Bijdehandjes

"Juf, mag mijn shirt uit?"
"Nee, het is vandaag te fris om zonder shirt rond te hobbelen."
"Jamaar... mijn blootje zit er toch nog onder?!"
~
"Eet nu eerst je appeltje maar eens op, die koekjes lopen heus niet weg."
"Ja duh! Ze hebben toch ook geen benen joh!"
~
"Hee juf, wil je dit effe niet doen?"
"Maar ik doe toch helemaal niets?"
"Neehee, niet doen!"
"Vertel me dan eerst maar eens wat het precies is dat ik niet moet doen."
"Die sliertjes, die moeten vast aan mijn hoed."
"Oh, moet ik ze vást nieten!"
~
"Jongens, deze week is het thema Engeland. Is er iemand die iets kan vertellen over dit land?"
"Ehh, nou, dat is een heel éng land!"

dinsdag 8 juli 2008

Je blaas de baas

"Opgelet! Iedereen gaat nu plassen, óók de kinderen die niet moeten plassen. Tempo! Tempo!"
Het eerstvolgende half uur kan er niet geplast worden dus op elke "ikwilnietikwilniet" volgt een ferm "jemoetjemoet!" en daar eindigt de discussie. Kleuters kennende, zijn er altijd wel exemplaren die thuis bij hoog en bij laag beweren nog geen druppel in de blaas te hebben maar zodra je de deur achter je dicht trekt staan ze met een moeilijk gezicht heen en weer te wiebelen. Ik houd het onderweg graag droog.

Onze oudste en als je het mij vraagt vroeg puberende blagen vervelen zich in de trein en broeden op een plan om van hun stoel te mogen. Ze moeten naar de wc, allevier tegelijk. Aardige smoes, jammer dat hij zo doorzichtig is. Verveling zit niet in de blaas maar tussen de oren. Bij de vliegtuigen houden we weer een plasstop. De heren mogen zelfstandig naar de wc maar als het te lang duurt, ga ik toch even om een hoekje kijken en val bijna om van het lachen. Vier mannekens Pis staan op een rijtje voor een zilverkleurig pissoir dat net iets te hoog is en doen met bloedserieuze koppen hun uiterste best de straal netjes over het randje te mikken, wat nog lukt ook. Als ik het gevaar niet zou lopen achteraf beschuldigd te worden van viespeukerij, was dit een heus Kodak-moment geweest.

Als de blazen leeg zijn mogen de kinderen in het ballenbad. Wij houden het spul in de gaten vanaf het terras bij de ingang. Bij het toegangspoortje staat een knulletje van een jaar of vier paniekerig om zich heen te kijken. Nerveus wiebelt hij van het ene op het andere been. Dan zie ik de vloer onder hem nat worden en begint hij keihard te huilen terwijl hij midden in zijn 'ongelukje' blijft staan.

Het wemelt van de volwassenen rondom het ballenbad maar niemand bekommert zich om dit jongetje. Ik voel meelijden en boosheid tegelijk. Welke idioot dumpt zijn kind in een ballenbad op een retedruk vliegveld zonder er verder ook maar enige aandacht aan te besteden? De vader naast me kan om het tafereel smakelijk lachen, wat me nog bozer maakt. Ik kijk hem kwaad aan. "Uw kind loopt hier toch ook rond? Fraaie vader bent u!". "Nou en? Het is toch zeker niet mijn kind?" antwoordt hij schouderophalend en slurpt het schuim van zijn cappuccino.

Omdat het jongetje nog steeds in zijn eigen nattigheid staat te brullen, besluit ik hem te troosten en help hem zijn mama zoeken. Na vijf minuten meldt zich dan eindelijk de vrouw. Ze wil hem meenemen maar ik houd haar staande. "Sorry maar zou u dat niet even opruimen?" vraag ik. De vrouw kijkt me geërgerd aan, antwoordt dat ze het niet gezien had en loopt weg. Doof en nog blind ook. De fraaie vader zit nog steeds te grinniken en ondertussen word ik steeds kwader. Ik zie het al voor me dat iemand hier straks gigantisch op zijn muil gaat dus ik grijp een stapel servetten om de plas mee af te dekken tot die rare moeder het komt opruimen.

Ik sta nog niet rechtop of er komen twee kinderen uit het ballenbad gerend. De een glijdt op zijn sokken door de urine, de ander verliest zijn evenwicht en belandt er midden in. Wederom een brullend kind en geen enkele volwassene die zich er druk om maakt. Christus te paard! Baar dan geen kind! Met recht pissig stap ik naar het kind toe, troost hem en vraag hem zijn ouders aan te wijzen. Dat lukt hem niet omdat ze in geen velden of wegen te bekennen zijn. Ondertussen wenk ik een medewerker om te vragen of hij de boel wil opruimen. Dat is hij geenszins van plan want: "u laat uw kind hier toch zeker zelf de boel bevuilen." Adem in-twee-drie, adem uit-vijf-zes.

Nou zal hij mooi worden! Hang ik hier de bloody do-gooder uit en wat krijg ik? Stank voor dank. Wat mankeert al deze mensen?! Ik wens hen stuk voor stuk hardnekkige incontinentie toe. "Bekijkt u het even" zeg ik tegen de medewerker terwijl ik me snel omdraai voordat ik hem aanvlieg. "Wat gaat u doen?!" wil de onuitstaanbare zeikstraal weten. "Plassen," zeg ik "nou goed?"

De fraaie vader verslikt zich bijna in zijn cappuccino, zo grappig vindt hij het. De doofblinde moeder komt eindelijk aangesjokt met een een lullig velletje wc-papier om de reeds door servetten geabsorbeerde plas voor de vorm nog eens met de Franse slag op te vegen. Het in de plas uitgegleden kind trekt een sprintje naar zijn plots opduikende moeder, springt haar in de armen en klemt zijn drijfnatte benen om haar middel. Mijn beurt om eens even breed te grijnzen.

vrijdag 27 juni 2008

B4bye

Nog een goede maand en dan pak ik mijn biezen. Ik ga verhuizen naar Limburg en daar werken op een nieuwe BSO. Spannend! Ik heb er zin in maar ik weet toch zeker dat ik mijn Leidse collega's hoe dan ook enorm ga missen! Vandaar dat we lekker uitgebreid en uitbundig afscheid nemen...




M'n allerlaatste B4BBQ


 

Afscheidsfeestje met ouders en kids

 

Afscheidsetentje met mijn collega's

donderdag 19 juni 2008

Bijdehandjes

"Juf, de tafel zit vastgeplakt aan mijn papier, kun je hem even voor me losplakken?"
~
"Zozo, is dat een echt mobieltje?"
"Nee joh, een net-als-offe."
~
"Bah! Wat een zout water! Hebben ze hier soms geen zoete zee ofzo?"
~
"Ik heb in de zomer wel tien keer barbie gekoeid."
~
"Wat eten we in Leiden op drie oktober?"
"Haring en wittebrood!"
"En weet je ook waarom dat is?"
"Ja, omdat al het andere brood op is."
~
R heeft een muntstuk gevonden en besnuffelt het grondig.
"Hee R, wat ben je aan het doen?"
"Even kijken of ik moet niezen."
"En?"
"Nee, komt geen nies. Dan is het dus geen peper-munt."
~
"Opa krijgt geen kus want die heeft een klittebandkin."
~
"Ik snap niet waarom dit een verderkijker heet hoor, als ik er doorheen kijk dan zie ik alles juist veel dichterbij!"

vrijdag 13 juni 2008

Nationale straatspeeldag

 
Nationale straatspeeldag 2008; Stevenshof Leiden

Links: waar komt die herrie nou vandaan?
Midden: blikgooifanatisme
Rechts: kleine krachtpatsers

 Links: waterballonnen lek prikken
Rechts: jumpen!

 
Natuurlijk moet de straat op een dag als vandaag mooi versierd worden!

donderdag 12 juni 2008

Tijd is de vijand!

Ik heb er weer een cursus op zitten. Zo eentje waar je overlopend van inspiratie mee op het werk komt en waarvan je vol enthousiasme denkt: die inspiratie ga ik eens even omzetten in daden. Wij volwassenen denken altijd maar te weten wat goed en leuk is voor kinderen en schromen niet hen dit regelmatig onder de neus te wrijven zodat we zelf onze handen vrij kunnen maken. Wij leggen hen die normen op en gaan er min of meer vanuit dat zij deze dan vanzelf wel over zullen nemen, maar is het wel aan ons om te bepalen wat een kind leuk moet vinden? Waarom zou je er bijvoorbeeld op hameren dat een kind naar buiten gaat als hij zich binnen prima kan vermaken en helemaal niet naar buiten wil? Omdat buiten spelen leuk en goed voor je is, want dat hebben wij, de volwassenen, zo voor hem bepaald. Dat is onze norm en het kind kan er maar beter aan wennen.


 Verheugd loop ik de groep op met het voornemen het kind centraal te stellen, goed te observeren en luisteren en nu eens niet de hele tijd vanuit mezelf maar vanuit het kind te denken. Zoveel tijd of moeite kan dat nooit kosten. "Ik wil voetballen!" roept een jongetje. "Dan gaan wij voetballen" roep ik terug. Nog geen twee seconden later gaat de telefoon en aangezien ik telefoondienst heb, neem ik op. Vier kinderen staan inmiddels aan mijn mouw te trekken om te vragen of ik mee ga voetballen. "Shhht!" sis ik de kinderen toe terwijl ik mijn vinger verticaal over mijn lippen leg en naar de telefoon wijs. Met een vinger in mijn oor en mijn blik afgewend (kun je nog minder geïnteresseerd overkomen op een kind?) voer ik mijn telefoongesprek. De kinderen blijven op mijn rug tikken, aan mijn arm trekken en "juhuuuf" roepen. Zien ze dan niet dat ik bezig ben?


Als ik de hoorn neerleg roepen de kinderen al springend en in koor "mogen we nu naar buiten?". "Nee jongens, ik moet eerst iets anders doen, ga maar even kleien, dat is leuk." Mijn zin echoot na in mijn hoofd: dat is leuk. Nee Wen, dat is niet leuk, dat is pure afkoperij. Zoals verwacht willen de kinderen niet kleien. Logisch, want dat lijkt niet eens op waar ze om vroegen. Ik probeer het nog een keer maar dan anders: "vraag maar even of de andere juf mee gaat". De kinderen vliegen weg om niet veel later beteuterd terug te komen. De andere juf is bezig met een schilderproject voor Vaderdag.


 Ik wijs op de klok en beloof dat ik mee naar buiten ga als de grote wijzer op de drie staat. Ze gaan akkoord en besluiten alvast hun schoenen aan te trekken en op zoek te gaan naar de bal, die ze snel gevonden hebben. Haastig maak ik mijn werk af en spring ik van mijn stoel om mijn belofte waar te maken maar dan breek ik bijna mijn nek over een grote bak vol vuile vaat. Shit. Ik moet de afwas nog doen. Er suist een bal rakelings langs mijn hoofd. Geërgerd kijk ik om me heen en wijs de kinderen er streng op dat er binnen niet met de bal gespeeld mag worden. "Maar we mogen niet naar buiten" sippen de ukken met verongelijkte pruillipjes "en we willen zo graag voetballen". "Geduld!" roep ik, alsof dat de meest vanzelfsprekende deugd is die je van een vijfjarige mag verwachten.


Op mijn weg naar de afwasmachine word ik herhaaldelijk staande gehouden door ouders die willen weten waar de fietssleutel van hun zoon is, of hun dochter wel op tijd haar medicijnen gehad heeft en of zij zich nog op kunnen geven voor een studiedag. Ik ren heen en weer tussen medicijnkast, agenda en sleutelbewaarplaats, neem tussendoor nog een telefoontje aan en beantwoord een vraag van een collega. Als de grote wijzer op de zes staat begin ik met het inruimen van de vaatwasser.


Ondertussen zijn de kinderen de klok ook niet uit het oog verloren en hangen zij over het traphekje. "Juhuuuf, je zou toch met ons naar buiten gaan?". Inderdaad. Mijn schuldgevoel draait op volle toeren. In mijn haast laat ik een stapel bekers vallen. Verdorie, daar gaan mijn mooie woorden. Hoe leer ik een kind dat mijn beloftes niets waard zijn… Dit is immers niet de eerste keer dat zich een situatie als deze voordoet. "Ga maar vast naar buiten jongens, ik kom er zo aan!" roep ik terwijl ik de bekers bij elkaar raap. De kinderen stuiven het plein op en vijf minuten later kom ik hen eindelijk achterna.


Net als ik welgeteld één keer tegen de voetbal getrapt heb, word ik weggeroepen. Of ik even op de peuters kan passen want een van hen is gevallen en heeft een tand door zijn lip. Natuurlijk, mijn eigen kleuters kan ik op een afstandje ook wel in de gaten houden en aangezien ik een waardeloze voetballer ben, zullen ze me vast niet missen. Mispoes. "Hee juf! Kom je nog voetballen!?" klinkt het vanaf het bso-plein. Weer moet ik nee verkopen.
 Ineens vliegt mijn collega het plein op en verzoekt me naar binnen te gaan want er is niemand op de groep en zij heeft een appeltje te schillen met een van de kleuters op het veld.


Ik sjok naar boven. Buiten spelen kan ik kennelijk wel op mijn buik schrijven vandaag. Binnen tref ik een verlaten lokaal aan; de kinderen zijn weg maar alle schilderspullen liggen nog over de tafel verspreid. Wanneer ik wil beginnen met opruimen komt de grootste voetbalfanaat met een somber gezicht naar me toe geslenterd. Van de andere juf mocht hij niet buiten spelen omdat hij geen jas bij zich had en zij vond het daar te koud voor dus is hij naar binnen gestuurd. "Kan ik eindelijk naar buiten, mag het weer niet" zucht hij. De teleurstelling druipt er vanaf en terwijl ik hard nadenk over wat ik nu moet zeggen, vervolgt hij: "en binnen kan ik gewoon niks leuks doen".


Ik kan nog net op mijn tong bijten voordat ik mijn standaard reactie geef; het opnoemen van alternatieven die heus wel leuk zijn. Dan denk ik aan de cursus. Luisteren naar het kind, tijd maken voor het kind, het kind centraal. "Ja" beaam ik met een licht sarcastische ondertoon, "er is hier binnen inderdaad niets leuks te doen, geen bal aan eigenlijk hè?". Het kind schudt van nee. "We zouden ons natuurlijk een potje kunnen gaan zitten vervelen, maar weet je wat ik ook voor je in de aanbieding heb?". Het jongetje kijkt me benieuwd aan. "Een heleboel stomme dingen!".


Nu kijkt hij verbaasd, wacht even en vraagt dan bedenkelijk "zoals wat dan?". Ik wijs naar een grote verzameling vieze kwasten in de wasbak en draai met een vies gezicht de kraan open. "Hier, moet ik allemaal schoonmaken, bah!". Het kind lacht. Ik zeg niks, ga door met vieze gezichten trekken en kwasten spoelen. Dan komt hij naast me zitten, verdeelt de kwasten, maakt voor ons allebei een schone-kwasten-potje en gaat ijverig aan de schoonmaak. We discussiëren over de beste manier om een kwast schoon te krijgen, maken regenbogen in de wasbak door verschillende kleuren verf onder de kraan te houden, spetteren en kliederen en maken zo nu en dan ook nog eens daadwerkelijk een kwast schoon.



Tien minuten later komt zijn moeder binnen. "Ben je niet buiten?" vraagt ze verbaasd. Trots laat hij zien waar we mee bezig zijn. "We doen stomme dingen en het is hartstikke leuk!" vertelt hij, vrolijk zwaaiend met een kwast. Moeder fronst. "Had je geen zin om te voetballen dan?" is de volgende vraag. "Voetballen kan ik straks thuis nog, maar kliederen mag ik niet van jou" zegt hij. Ik geef het jongetje een knipoog en haal met een quasi onschuldig gezicht mijn schouders op richting moeder. Gelukkig, ik heb het vandaag niet compleet verprutst. Ik ben me er wel weer even goed van bewust dat je in de kinderopvang geen tijd hebt, maar moet maken.

woensdag 21 mei 2008

De opvoedadviesindustrie: Furedi vs Frost

Als je kind niet ophoudt met schreeuwen, dan:

a) geef je hem een dreun om hem te laten zien wie er de baas is
b) negeer je zijn gedrag in de hoop dat het schreeuwen stopt
c) ga je op zoek naar overheidsadvies
d) zoek je advies in een boek over opvoeding

Pedagoeroes
Steeds meer ouders gaan voor optie d. De afdeling opvoeding in de boekenwinkels blijft zich uitbreiden en de planken buigen en kraken onder het gewicht van de nieuwste pedagogische handleidingen. Moeten ouders zich vastklampen aan het leger van zogenaamde hedendaagse opvoedgoeroes? De manier waarop ouders hun kind opvoeden is een hot item en de media spelen hier maar al te graag op in. Ouders blijken een vruchtbare markt te vormen. Waar het beroemde boek van Dokter Spock in de jaren '50 de enige opvoedbijbel was, domineren vele verschillende opvoedhandboeken nu de best-seller lijsten.

Pedagogisch pessimisme
Volgens Frank Furedi, socioloog en schrijver van het boek Paranoid Parenting, is de opvoedadviesindustrie de laatste jaren enorm gegroeid. Opvoedingsondersteuning is een cultureel fenomeen geworden, iets waar geen ouder nog zonder kan. Elk aspect van de opvoeding kan op de een of andere manier als een probleem gedefinieerd worden en bij elk van die problemen is er wel een zogenaamde opvoedexpert die raad weet. Furedi denkt dat de opvoedadviesindustrie in plaats van goed ingelezen, zelfverzekerde ouders juist verwarde ouders creëert die onzeker zijn van hun opvoedcompetenties. Er wordt een afhankelijkheid gecreëerd waardoor ouders zich continu afvragen of wat zij doen wel goed is. De opvoedboeken staan niet alleen steeds boller van opvoedvoorwaarden maar geven ook apocalyptische voorspellingen over wat er met een kind kan gebeuren als de ouder zich niet letter voor letter aan het advies houden. Geen wonder dat ouders die hier gevoelig voor zijn gaan denken dat opvoeden reuzemoeilijk is. Is dat nou nodig?

Professionalisering van het gezinsleven
Opvoeden wordt tegenwoordig vaak meer als beproeving dan als geneugte beschouwd, zegt Furedi. De opvoedadviesindustrie laat ons graag denken dat opvoeden moeilijk is en bijna onmogelijk zonder (semi)professionele hulp. De competentie van ouders wordt ondermijnd en dit wordt zo overtuigend gebracht dat sommige ouders hun eigen competenties gaan onderschatten. Er zijn workshops voor ouders die de nadruk leggen op de complicaties die zich in de opvoeding voor kunnen doen. Er wordt aangenomen dat ouders te stom zijn om, bijvoorbeeld, met hun kinderen over seksualiteit te praten zonder hier eerst een opvoedkundig consulent over geraadpleegd te hebben.

Trust yourself; you know more than you think you do (- Benjamin Spock)
Kun je het ook nog gewoon goed doen zonder al deze bemoeienis? Furedi durft zelfs te spreken van 'mind control'. Gebruik je wegwerpluiers? Dan vervuil je de planeet waarop je kind oud moet worden. Geef je je kind appelmoes omdat hij geen groenten lust? Dan ben je toegeeflijk en zal je kind opgroeien als een rebel. Krijgt je kind geen borstvoeding? Dan wordt hij dik en allergisch. De opvoedindustrie maakt ouders liever bang met allerlei studies dan hen aan te moedigen eerst hun eigen gezond verstand te gebruiken. En de vele adviezen spreken elkaar niet zelden tegen. Lees je in het ene blad dat je je zorgen moet maken wanneer je kind veel huilt, de volgende maand staat er in een ander blad dat je je zorgen moet maken wanneer je kind niet huilt. Over het stichten van verwarring gesproken. Natuurlijk hoef je je er niets van aan te trekken, maar daar is zelfvertrouwen voor nodig. Vertrouwen in je eigen opvoedcapaciteiten.

Tikkeltje overdreven?
Gelukkig ontmoet ik in mijn werk genoeg competente ouders met veel zelfvertrouwen. Ook zij vragen zo nu en dan om advies of tips en komen vrijwillig naar oudergesprekken maar dat laatste is voornamelijk omdat ze het leuk vinden om te horen hoe het op de opvang met hun kind gaat, niet omdat ze dringend mijn advies nodig denken te hebben. Ouders blijken, zo is mijn ervaring, over het algemeen wel enige resistentie tegen de opvoedindustrie te kunnen bieden. Wat ouders vooral willen is praktische hulp, zoals gesubsidieerde vormen van kinderopvang en flexibele werktijden. Geen ongevraagd advies.

Supernanny tot uw dienst!
Het opvoedadvies stopt niet bij de vele boeken vol pedagogische do's en don't's, ook de televisiemaker wil graag een steentje bijdragen. Aan de meerkeuzevraag kan zodoende een keuzemogelijkheid toegevoegd worden:


e) bel je Supernanny


De internationale opvoedobsessie Jo Frost, ook wel de moderne Mary (Scary?) Poppins genoemd, is een van de bekendste tv-nannies die laat zien dat ouders dringend hulp nodig hebben. Als 34-jarige kinderloze kinderjuf met 15 jaar ervaring, begon Jo-jo haar carriere als Supernanny en werd daarmee wereldberoemd. Het programma wordt in 45 landen uitgezonden. Er zijn Supernannyboeken uitgegeven, er is een Supernannymagazine en een Supernannywebsite: b4ugo-ga-ga dot com. Supernanny móet wel geweldig zijn. Of heeft het te maken met de macht en kracht van televisie? Supernanny's naughty step is momenteel waarschijnlijk bekender onder ouders dan welke pedagogische theorie ook. Het trappetje is zelfs te koop bij Toys'r'us.

That behavior is unasseptable!
Wat voor de opvoedboeken geldt, geldt ook voor Supernanny, zegt Furedi. Zij ondermijnt de autonomie van de ouders, brengt ouders in twijfel over hun opvoedvaardigheid en schildert hen af als incompetente idioten. We zien een huis vol kleine duiveltjes die de boel op stelten zetten en een paar wanhopige ouders. Dan komt Supernanny die de ouders een vast setje opvoedtechnieken voordoet om te laten zien hoe je de losgeslagen kinderen kunt temmen. De technieken werken totdat Supernanny het gezin verlaat of de ouders hun motivatie verliezen. Supernanny komt terug, vertelt de ouders wat ze verkeerd doen, herhaalt de technieken en aan het eind van het programma zijn de ettertjes in engeltjes veranderd en de ouders vertellen met tranen in hun ogen hoe dankbaar ze zijn. Supernanny's taak zit erop en gaat door naar het volgende niet functionerende gezin.

Gezond verstand
Jo-jo weigert haar aanpak als een filosofie te zien, wat zij doet is puur intuïtief. Ze heeft nog nooit een boek van of over een beroemde pedagoog aangeraakt en gebruikt 'common sense, just obvious, sensible common sense'. Maar, zo vragen de critici zich af, stellen dat een volwassene het recht heeft een peuter sorry te horen zeggen is toch geen common sense? En als een peuter dondersgoed weet dat een verontschuldiging dé manier is om van die naughty step af te komen, hoe weet je dan of zijn excuus oprecht gemeend is en of hij begrepen heeft waarom hij nu precies sorry moest zeggen? Jo-jo vindt dit maar moeilijke vragen. Het is haar overtuiging dat een zichzelf respecterende ouder niet over zich heen moet laten lopen door een kind en vindt de naughty step techniek geschikt en effectief. Als dat indruist tegen wat belangrijke pedagogen zeggen, 'so be it'. Keer op keer is de diagnose dat kinderen geen respect tonen en in het morele universum van Supernanny doen kinderen stout omdat ouders hen hiertoe gelegenheid geven en de kids ermee weg komen. Jo-jo's manier van opvoeden heeft wel wat weg van het bakken van een appeltaart: je hoeft alleen maar strikt het recept te volgen om een bevredigend resultaat te krijgen. Wat ik wil zeggen is dat ouders hiermee wellicht een overgesimplificeerd beeld van opvoeding voorgeschoteld krijgen en moet Supernanny misschien zelf eens op de naughty step gezet worden om hier bij stil te staan.

Opvoedtelevisie: leerzaam of lachwekkend?
Wat moeten ouders naar aanleiding van dit soort opvoedprogramma's denken? Dat veel ouders niet in staat zijn hun kind fatsoenlijk op te voeden? Dat kinderen, zoals een van mijn vriendinnen regelmatig gekscherend naar hen verwijst, kleine monsters zijn? Dat programmamakers slim inspelen op het verlangen van de kijker naar sensationele televisie en Schadenfreude door extreme gevallen uit te kiezen? Dat programma's als Supernanny kijkers trekt staat vast. Er is de afgelopen jaren dan ook een ware 'tsunanny', zoals Daphne Dekkers het in haar meest recente boek Pedagoochelen treffend noemt, ontstaan. We hebben Eerste Hulp Bij Opvoeden, De Opvoedpolitie, Een Huis Vol Kleine Ettertjes, Opvoeden&Zo, Bij Ons Thuis, Schatjes, Van Etter Tot Engel en zelfs een heuse Babyfluisteraar. Van ouders die televisie kijken, kijkt bijna 60% naar opvoedprogramma's. Ongeveer de helft hiervan zegt de tips en adviezen die gegeven worden bruikbaar te vinden. Natuurlijk willen de makers ons laten geloven dat deze programma's nuttig zijn of zelfs educatief en Supernanny kraamt zeker niet alleen maar onzin uit, maar vergeet niet dat ze in de eerste plaats een grote amusementswaarde hebben en dat algemene adviezen niet zonder meer succesvol toepasbaar zijn op specifieke situaties waarin het ongewenste gedrag van een kind vaak slechts één aspect is van een groter 'problematisch' geheel.

dinsdag 13 mei 2008

Paalzitten in het panbos

 

Naar het bos met de kinderen is altijd een feest, behalve als de bijdehandjes massaal een wandelstaking inluiden... Leverde echter wel een mooi plaatje op :-)

 
Klauteren in bomen en op de Atlantikwall

Hertjes voeren en evenwichtparcours

 
Schommelen in de speelweide en de buikspieren trainen

 Van klimmen krijgen ze nooit genoeg!

dinsdag 6 mei 2008

Fikkie stoken

Een spannende dag voor de BSO-kids want vandaag gingen we vuur maken. Eerst hielden we een kringgesprek over hoe vuur ontdekt is en wat je nodig hebt om vuur te krijgen. Een aantal knullen beweerden dat ze door wrijving vuur konden maken, sneden een scherpe punt aan een tak en begonnen deze ijverig in een blok hout heen en weer te draaien. Helaas zonder resultaat. Nadat alle voorzorgsmaatregelen in het kader van de veiligheid getroffen waren en de kinderen duidelijke instructies hadden gekregen, konden we aan de slag. We maakten één vuur in de vuurkorf en een kampvuurtje in het zand.


Toen de vuurtjes eenmaal brandden, was het tijd om de marshmallows en het brooddeeg te halen. De marshmallows werden aan stokjes geprikt en het deeg werd om stokken heen gewikkeld om heus stokbrood te bakken. Sommige kinderen wilden gewoon lekker bij het vuur zitten en de grotere kinderen vertelden sterke verhalen rond de vuurkorf. Het was een hele gezellige middag! Was ik toch maar blij dat ik vroeger mijn kampvuurinsigne gehaald heb :-)